Naaien met een plooivoet of rufflervoet

De plooi- of rufflervoet gebruikt u om plooiranden of ruches te maken (aan kleding of kussens, gordijnen e.d.). Met deze voet bereikt u een professioneel ogend resultaat doordat de stof van de plooien zeer regelmatig wordt ingevoerd en vastgenaaid. U heeft de mogelijkheid om plooien te maken met drie verschillende afstanden (dit wordt verderop in de tekst uitgelegd).

Met de plooi- of rufflervoet kunt u alleen recht stikken met de naald in de middenpositie.

Let op:  Een plooi- of rufflervoet kan niet op alle machines gebruikt worden. De naaldklem moet lang genoeg zijn zodat de vork-arm er om heen kan vallen (zie: bevestiging van de voet). In sommige gevallen moet de bevestigingsschroef bij de naaldklem of de naaldklem zelf worden vervangen.

Bevestiging van de plooi- of rufflervoet

Verwijder het voetje dat op de machine zit en daarna de klikhouder.

Bevestig de plooivoet. Let er daarbij op dat het gevorkte gedeelte om de naaldklem rechts valt. Deze naaldklem moet daarvoor wel lang genoeg zijn.

Aan de linker kant moet de voet goed om de persstang vallen zodat de schroef goed kan worden aangedraaid.

Laat de voet zakken met de bedieningshendel en draai daarna alle schroeven stevig vast.

Voordat u gaat naaien moet u controleren of alles goed vast zit en of de naald het voetje niet raakt. Daartoe draait u voorzichtig rechts aan het handwiel. Mocht de naald niet precies in het gat van het voetje passen dan kunt u door het schroefje los te draaien de voet iets naar links of rechts verplaatsen.

Maak eerst een proeflapje om te kijken of de plooivoet goed functioneert en om te bepalen wat de juiste plooiafstand moet worden. U kunt hiervoor kiezen uit de volgende standen:

  • 1 plooi bij iedere steek
  • 1 plooi voor iedere 6 steken
  • 1 plooi voor iedere 12 steken
  • geen plooien (gewoon recht vast stikken); sterretje

Gebruik de afstelhendel om de afstand van de plooien in te stellen.

Er staan op de afstelhendel nummertjes die overeenkomen met het aantal steken per plooi.

Daarnaast is de plooidiepte in te stellen (tussen 0 en 8; bij 0 heeft de plooi zeer weinig diepte en bij 8 is de diepte maximaal). Draai hiervoor aan de oranje knop zodat het puntje aan de andere zijde (bij de blauwe pijl) versteld kan worden. Draai knop weer vast.

Maak ook nu weer een proeflapje om te kijken of alles naar wens is.

Het naaien met de plooivoet gaat als volgt: schuif de strook die gerimpeld gaat worden (in dit geval de rode stof) onder de voet. Zorg dat er voldoende lengte is. Trek de stof door tot voorbij de voet.

Lukt het niet meteen dan kan het helpen om samen met de stof een strook stevig papier onder de voet te schuiven. Als de stof eronder ligt verwijdert u het papier.

Schuif de stof waaraan de strook moet komen (in dit geval grijs met geel) tussen de rimpelvoet.

Naai met een stiksteek (steekgrootte moet niet te groot zijn) op een lage snelheid. Laat de stof licht onder uw hand doorglijden en trek niet aan de stof. De onderste strook zal door de plooivoet met zeer regelmatig uitziende plooien aangenaaid worden.

Let op: naai nooit met hoge snelheid als de plooivoet op de machine zit. Gebruik dunne stoffen of stoffen met een gemiddelde dikte. Geen zware stoffen!