Naaien met een cirkelliniaal of bloemsteekvoet

Kies het juiste hulpmiddel voor de cirkels die u wilt maken.

  • Cirkels van 1-2,5 cm: bloemsteekvoet (flowerfoot)
  • Cirkels van 6-32 cm: cirkelliniaal

Kleine cirkels naaien met de bloemsteekvoet

Bevestig de bloemsteekvoet aan de machine. Draai schroef 1. los waarmee de klikhouder aan de stang vast zit en schuif de bloemvoet om de stang heen. Let erop dat de transporthendel van de voet boven de naaldschroef 2. zit voordat u schroef 1 weer vast draait.

Zet het ondertransport van de machine uit. Hoe dit moet kan per machine verschillen. Kijk hiervoor in de gebruiksaanwijzing van uw machine.

Kies een steek en leg de verstevigde stof onder het voetje. Neem vooral in het begin niet te grote lapjes. De lap gaat namelijk draaien tijdens het naaien en het resultaat is niet mooi als de lap tegen de machine aan loopt.

Begin met naaien. Haal na een paar steken even de draden naar boven en knip die kort af zodat de draden niet verstrikt kunnen raken tijden het draaien. De stof zal door het voetje in het rond gedraaid worden.

Probeer verschillende steken uit: zigzag, siersteken. Variëren met steekbreedte en lengte geeft leuke effecten.

De doorsnede van de bloemetjes/rondjes kan worden aangepast door schroef 3 los te draaien en het voetje te verschuiven (richting + wordt groter en - wordt kleiner).

Grote cirkels naaien met de cirkelliniaal

Bevestig de kunststof grondplaat met dubbelzijdig tape op de naaimachine. Let erop dat de naald precies in het midden van de ronde opening in de grondplaat valt. 

U gebruikt het gewone voetje (een transparant voetje is handig) en het transport van de machine moet NIET uitgezet worden.

Gebruik het plastic rechthoekje om de zwarte schuif met pin te fixeren. Schuif het hiervoor onder de zwarte schuif. Ter hoogte van de pin kunt u de straal van de te naaien cirkel aflezen.

Prik vervolgens een plastic cirkel op de pin, daarop de verstevigde stof, daarop weer een plastic cirkel en eindig met het afdekkapje voor de pin.

Kies een steek en begin te naaien. Doordat de stof op de pin zit vastgeprikt gaat de stof draaien. Neem vooral in het begin niet te grote lappen omdat die tegen de machine kunnen aanlopen en de soepele draaibeweging zouden kunnen verstoren.

Varieer door de pin te verschuiven: alle cirkels die u naait zullen hetzelfde middelpunt hebben. Verschillende steken waarop u varieert (in lengte en/of breedte) geven ook een mooi effect.

U kunt ook de stof opnieuw, op een andere plaats op de pin prikken. Zo kunt u cirkels door elkaar heen laten lopen (of niet voltooien waardoor de cirkels achter elkaar langs lijken te lopen).